Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], In [39]het licht van des konings aangezicht is [40]leven; en zijn [41]welgevallen is als een wolk des [42]spaden regens. 39. Versta, het vriendelijk gelaat, waardoor de koning iemand gunst aanziet; vergelijk boven de aantekening hfdst.15 vs.30. 40. Dat is, als een bode des levens, of verkwikking des levens, inzonderheid voor hem, op wien de koning tevoren vergramd was. 41. Dat is, gunst en goedwilligheid. 42. Te weten, die zeer aangenaam is, vallende na een lange droogte in de lente om de vruchten te doen zwellen en tot rijpheid te brengen; zie Deut.11:14.